Dit persbericht verscheen eerder op vlir.be.
 
Het hoger onderwijs in Vlaanderen kenmerkt zich door een uitgebreid aanbod van graduaatsopleidingen, professionele bacheloropleidingen en bachelor-na-bacheloropleidingen (banaba’s) aan de hogescholen en academische bacheloropleidingen, masteropleidingen en master-na-masteropleidingen (manama’s) aan de universiteiten.
 
Dit opleidingsaanbod biedt voldoende en goede alternatieven voor de invoering van professionele masteropleidingen. Banaba’s aan de hogescholen kunnen een antwoord bieden op de vraag vanuit het werkveld naar een meer praktijkgerichte bovenbouw. Schakelprogramma’s en masteropleidingen (als vervolgopleiding na een professionele bacheloropleiding) binnen de universiteiten spelen eveneens in op een brede waaier aan maatschappelijke noden en vragen.
 
De beschikbare middelen worden het meest efficiënt ingezet door de mogelijkheden binnen het huidige landschap te optimaliseren in plaats van te evolueren naar de invoering van een nieuw opleidingstype, in casu de professionele masteropleiding. Zowel de universiteiten als de hogescholen hebben al bij herhaling beklemtoond dat hun basisfinanciering versterkt moet worden. Als rectoren hebben we deze boodschap ook expliciet meegegeven in het VLIR-verkiezingsmemorandum voor 2019. De verdere verruiming van het opleidingsaanbod door middel van professionele masteropleidingen zuigt echter de middelen voor een betere financiële onderbouwing van het bestaande opleidingsaanbod weg.
 
Het debat moet dan ook focussen op een ander aanbod binnen het huidige instrumentarium en niet op een ander of uitgebreider instrumentarium.
 
Caroline Pauwels, rector Vrije Universiteit Brussel
Herman Van Goethem, rector Universiteit Antwerpen

Luc De Schepper, rector Universiteit Hasselt
Luc Sels, rector KU Leuven 
Rik Van de Walle, rector Universiteit Gent