Michael Kegels is een van de sprekers op het debat ‘Dilemma’s bij noodopvang’ in het kader van de lezingenreeks Redelijk Eigenzinnig. Inschrijven voor dit debat is nog steeds mogelijk.
 
We ontmoeten Michael Kegels op een zonnig Brussels terrasje, op een moment dat het hoogtepunt van de vluchtelingenstorm al even voorbij is en er aan de afbouw wordt gewerkt. Meer dan 10.000 plaatsen moeten dicht op zes maanden tijd. “De grote uitdaging nu is om plaatsen te sluiten maar om tegelijkertijd het patrimonium te behouden voor tijden van nood.”
 
Al zeven jaar is Kegels operationeel directeur van Fedasil. “Die opvangcrisis van de afgelopen herfst is wel heel erg zwaar geweest. Elke dag werden er tot 400 personen verdeeld over het hele land; om de twee-drie dagen deed Fedasil een opvangcentrum open. Dat legt heel wat druk op een mens. Maar aan mijn job twijfel ik nooit, daarvoor boeit de materie mij te hard.”
Het engagement en de betrokkenheid die je met jouw werk voor Fedasil demonstreert, zat dat al van jongs af in jou?
“Ja, dat carrièregerichte, ambitieuze karakter heeft altijd al wel in mij gezeten. Ik ging als student ook vaak naar infoavonden van politici, debatteerde graag mee en had bij momenten ook wel een grote mond. Ik had een uitgesproken eigen mening. Naast mijn job engageer ik me ook nog in een politieke partij in mijn dorp, waar ik de gemeentebelangen behartig. Het gevoel dat je je moet engageren in de maatschappij waarin je leeft, dat zal niet snel veranderen vrees ik.”

Het programma van de VUB om vluchtelingen snel hun studies te laten (her)opnemen, is echt een supermooi project


Was geschiedenis een goede basis voor jouw huidige job?
“Geschiedenis én een thesis over de middeleeuwen liggen niet meteen in de lijn van wat ik nu doe (lacht). Daarna studeerde ik nog internationale politiek in Antwerpen. Nu, met de migratiestromen in een internationale context, heeft die studie mij geholpen om zaken beter te begrijpen.”
 
De vluchtelingencrisis lijkt voorlopig achter de rug. De afbouw van de centra is in volle gang. Wat zijn nu de uitdagingen op professioneel vlak?
“De grote uitdaging is het toewerken naar een goed vervolg op de opvang van de mensen in onze centra. Verder is er heel het Europese luik waarbij hervestiging en het ondersteunen van landen in moeilijkheden steeds belangrijkere elementen worden.
 
Bij Fedasil beheren wij twee internationale platformen en ik ben voorzitter van een Europees netwerk, het European Platform of Reception Agencies (EPRA), dat Fedasil mee heeft opgericht. Het is een forum waar de nationale administraties verantwoordelijk voor opvang samenkomen. We zijn begonnen met vier landen en nu werken er al zestien landen samen. Het doel is de aanpak van het vluchtelingen- en asielbeleid beter op elkaar af te stemmen, te europeaniseren.
 
Ondertussen gaat het verwerken van de nieuw aangekomen mensen natuurlijk verder. Onder Fedasil vond onderbrenging en primaire verzorging plaats. De integratie is het luik dat nu bij de gemeenschappen ligt. Het gaat dan vooral over alles wat te maken heeft met arbeid, huisvesting, inburgering e.d.”
 
Maar dat luik verloopt wel in samenspraak met Fedasil ,leren we uit het gesprek met Kegels: “Ik had vergaderingen met de VDAB over de programma’s die men gaat ontwikkelen en uitrollen om die mensen te integreren naar jobopleiding en arbeidsmarkt toe. Op die manier kwam ik bijvoorbeeld begin dit jaar ook in contact met Koen Van den Abbeele en Mohammad Salman, die het programma van de VUB op poten hebben gezet om vluchtelingen snel en onbureaucratisch hun studies te laten (her)opnemen. Echt een supermooi project.”
 
Het volledige interview is te lezen in ons magzine HENRI. Indien dat nog niet gebeurd is, kunt u zich hier abonneren
 
Lees meer over het Welcome Student-refugees Programme, het programma waarmee VUB vluchtelingen ondersteunt bij het (her)opnemen van hun studies.